Algemeen

We hadden reeds een voorkeur ingesteld in Les 2 van deze cursus, weet je het nog?
Maar er zijn er nog een aantal andere, waarover ik het met jou wil hebben.

Om het dialoogvenster “Voorkeuren” te openen klik je “Bewerken” in de menubalk, kies je “Voorkeuren” in het drop-downmenu, en klik je de optie “Algemeen”.
De sneltoetscombinatie hiervoor is Ctrl + K.

Het eerste tabblad is dus het tabblad “Algemeen”. Een aantal van deze opties schakel ik uit.

Het eerste is “Klembord exporteren”. Wat je moet weten is dat elke geopende applicatie zijn eigen klembord heeft, bijvoorbeeld Photoshop is geopend en Word is geopend. Vanaf beide applicaties kunnen we gegevens kopiëren en plakken in de andere. Wanneer je tekst kopieert uit een Word document naar Photoshop heb je geen probleem, maar wanneer je een foto van ettelijke MB’s zou kopiëren naar Word, dan heb je wel een probleem. Word kan dit niet verwerken. Dus tenzij je kleine foto’s wil kopiëren, ben je best dat je deze optie uitschakelt. Dit zal enkel je tijd verknoeien, want Word zal dit niet accepteren.
De tweede optie die ik uitschakel is de optie “Shift-toets voor wisselen van gereedschap”. Wanneer je gebruik maakt van de sneltoetsen voor het selecteren van gereedschappen klik je normaal op een letter-toets op je toetsenbord, bijvoorbeeld de “W” voor de “Toverstaf” Om een onderliggend gereedschap te selecteren klik je nogmaals op de “W”. Wanneer deze optie is aangevinkt moet je de Shift-toets ingedrukt houden wil je een onderliggend gereedschap selecteren. Met onderliggend gereedschap bedoel ik de gereedschappen die verschijnen wanneer je het naar beneden wijzend driehoekje klikt, onderaan het gereedschap.
De rest van de standaard instellingen voor deze voorkeuren is prima.

 

Interface

Het tweede tabblad is het tabblad “Interface”, dit is nieuw in Photoshop.
Wat je hiermee kunt wijzigen is ondermeer de achtergrondkleur en een slagschaduw toevoegen tussen de foto in de werkruimte. Dit kan interessant zijn wanneer je bijvoorbeeld wat meer contrast tussen de werkruimte en de foto wil hebben. Kies je voor “Aangepast” wanneer je klikt op het naar benedenwijzend pijltje naast het vak “Standaard Modusscherm”, dan zal Photoshop een standaard blauwkleurige achtergrond instellen. Om dit te wijzigen rechtsklik je ergens op de achtergrond in de werkruimte en kies je “Aangepaste kleur selecteren”. Kies een kleur in het kleurvenster die jij wil instellen als “Aangepaste kleur”.
Wat hebben we hier nog dat interessant is?
We hebben een aantal instellingen voor onze deelvensters. Deze moet je maar eens proberen.
Allen hebben betrekking op het weergeven van de deelvensters. Wat ik interessant vind is dat je de optie “Documenten openen als tabbladen” kunt uitschakelen indien je dit wenst, maar dit had ik reeds verteld in les 2.

 

Bestandsbeheer

In het vak “Compatibiliteit met PSD en PSB…” kies je voor “Vragen”.
Wanneer dit is ingesteld op “Nooit” zal Photoshop steeds van de met lagen opgeslagen foto, een PSD bestand dus, een kopij opslaan zonder lagen. Dit vreet enkel geheugen, dus laat het hem maar eerst vragen of hij dit moet doen.
Het volgende vak wat ik wil aanpassen in dit venster is het vak “Version Cue”. Tenzij je weet wat “Version Cue” is, verwijder je het vinkje voor de tekst “Verion Cue inschakelen” in het venster “Bestandsbeheer”. Dit zal de verwerkingstijd van Photoshop aanzienlijk verkorten.

 

Prestaties

In het venster “Prestaties” bepaal je het werkgeheugen voor Photoshop.
Het deel dat door Photoshop kan gebruikt worden van het RAM-geheugen van je harde schijf.
Hoe hoger je dit kunt instellen en hoe sneller de harde schijf is, hoe beter, of misschien beter gezegd, hoe vlugger Photoshop zal werken. Wanneer Photoshop geen geheugen meer over heeft, zal hij geheugen willen van een andere harde schijf. Welke Photoshop het eerst moet kiezen, kun je instellen in de sectie “Werkschijven”. Zoals je opmerkt zal hij in onderstaand voorbeeld eerst gaan peuzelen op mijn “C”. Wil je dat instellen voor een ander, selecteer je deze in het lijstje en klik je het naar bovenwijzend pijltje.
Deze instellingen zijn uiteraard enkel van toepassing wanneer je computer over meerdere harde schijven beschikt.
In de sectie “GPU-instellingen” kun je zien welke videokaart er is geïnstalleerd op jouw computer.
Mocht het selectievakje in deze sectie niet zijn geselecteerd, dan scheelt er wat aan je videodriver.
Je kunt proberen deze alsnog te selecteren, maar meer dan waarschijnlijk zal je een nieuwe moeten installeren.

 

Cursors

In het venster “Cursors” selecteer je, wanneer je een beetje correct wil werken, de optie “Dradenkruis” tonen in penseeluiteinde” of de optie “Alleen dradenkruis tonen tijdens tekenen”.

 

Eenheden en linialen

En het laatste wat ik nog wijzig is in het venster “Eenheden en linialen” zijn de “Eenheden”. Onze foto bestaat uit pixels, dus vind ik het meest vanzelfsprekend dat de linialen ook staan ingesteld in pixels in plaats van cm of wat dan ook.

Dit zijn mijn voorkeuren, jij kunt natuurlijk instellen wat voor jou het meest praktisch is.

Cursussen

• Downloading iPad Apps
• Lesson 1: Introduction to Publisher
• Lesson 65: File Formats