De Optiebalk

Onder de menubalk vinden we de optiebalk.
In deze balk stellen we de opties in voor de gereedschap dat is geselecteerd in de gereedschapbalk, hierdoor wijzigen deze instellingen en knoppen voortdurend.

Zo is bijvoorbeeld het gereedschap “Penseel” geselecteerd in de hierboven getoonde afbeelding van de Optiebalk.
En is het gereedschap “Rechthoek” geselecteerd in de hieronder getoonde afbeelding van de Optiebalk

Wanneer we leren hoe we de verschillende gereedschappen kunnen gebruiken, kan je in deze balk de opties voor het geselecteerde gereedschap instellen.

We kunnen de Optiebalk zichtbaar of onzichtbaar maken door te klikken op “Venster” in de menubalk en te kiezen voor “Opties” in het drop-downmenu.

 

Het Afbeeldingvenster

Sinds versie CS4 worden de foto’s standaard geopend in verschillende tabbladen.
Heb je meerdere foto’s geopend dat de tabbladbalk kan weergeven, verschijnt er een dubbel naar rechtswijzend pijltje (1).
Wanneer je hierop klikt, opent een drop-downmenu met een lijst van alle geopende foto’s.
Diegene waar een vinkje naast staat, is op dat ogenblik geselecteerd.
De volgorde van de foto’s in deze lijst wordt bepaalt door de volgorde waarin de verschillende tabbladen zich bevinden. Je kunt de tabbladen slepen naar de plaats in de tabbladbalk die je wenst.
Je kunt de tabbladen, of beter gezegd de foto’s in de tabbladbalk loskoppelen, door het tabblad van de foto naar onder te slepen.
Je kunt een foto sluiten door op het x-icoontje te klikken.
Je kunt alle foto’s sluiten door de sneltoetscombinate Alt+Ctrl+W te klikken op je toetsenbord.

Vind je al dit tabbladgedoe maar niks en open je de verschillende foto’s liever in hun eigen afbeeldingsvenster, geen probleem. Klik de knop “Bewerken” in de menubalk, kies “Voorkeuren” in het drop-downmenu, en klik de optie “Interface”.
In het venster “Voorkeuren” verwijder je het vinkje voor de optie “Documenten openen als tabbladen” en klik je de knop “OK”.

De volgende maal je één of meerdere foto’s opent, worden deze allen in hun eigen afbeeldingsvenster weergegeven.

 

Hulplijnen en linialen

We kunnen gebruik maken van verschillende hulplijnen om ons bij te staan in het maken van wijzigingen in onze afbeelding.
Om hulplijnen in te voegen openen we eerst de linialen. Klik hiervoor de knop “Weergave” in de menubalk en selecteer “Linialen” in het drop-downmenu.

Om een horizontale hulplijn toe te voegen klik en sleep je de muisaanwijzer van in de bovenste liniaal naar onder, laat de muis los zodra je de gewenste positie van lijn hebt bereikt.
Idem dito voor verticale lijnen, maar dan beginnen we in de verticale liniaal. Logisch, me dunkt.

We kunnen de positie van de hulplijn steeds wijzigen.
Enige vereiste is dat het gereedschap “Verplaatsen” is geselecteerd (1).
Beweeg hiervoor de muisaanwijzer over de hulplijn en wanneer deze veranderd in een dubbel pijltje, klik en sleep je deze naar een andere positie (2).

Om een hulplijn te verwijderen, klik en sleep je deze terug in het liniaal.
Om alle hulplijnen te verwijderen klik je de optie “Weergave” in de menubalk, en kies je “Hulplijnen wissen” in het drop-downmenu.

Wens je de hulplijnen te vergrendelen, klik je de optie “Weergave” in de menubalk, en kies je “Hulplijnen vergrendelen” in het drop-downmenu.

Wens je een hulplijn op een bepaalde positie in het venster toe te voegen, klik je de optie “Weergave” in de menubalk, en kies je “Nieuwe hulplijn” in het drop-downmenu.

In het venstertje dat verschijnt, kun je de positie van de horizontale of verticale hulplijn die je wil toevoegen, ingeven.

Cursussen

• Downloading iPad Apps
• Lesson 1: Introduction to Publisher
• Lesson 65: File Formats