Office 2010 - Access

Les 3: Kennismaken met Access 2010 (3)

3/76 Lessen 

Werkbalk “Snelle toegang”

De werkbalk “Snelle toegang” vinden we links bovenaan het applicatievenster.
Deze geeft ons de mogelijkheid met één klik een opdracht uit te voeren.

7

Standaard heeft de werkbalk “Snelle toegang” drie knoppen: “Opslaan”, “Ongedaan maken” en “Opnieuw”.
Door te klikken op het naar beneden wijzend pijltje naast de werkbalk, kunnen we opdrachten toevoegen.
De meest gebruikte opdrachten verschijnen in een drop-downlijst.

Wens je een opdracht toe te voegen aan de werkbalk Snelle toegang, dan klik je de opdracht in de lijst. 8
Je zult zien dat deze nu is aangevinkt.
Wens je een opdracht te verwijderen uit de werkbalk Snelle toegang, klik je nogmaals op deze opdracht in de lijst.
Of rechtsklik je de opdracht in de werkbalk, en kies je “Verwijderen uit werkbalk snelle toegang”

Wens je een opdracht toe te voegen die niet voorkomt in de lijst, klik je “Meer opdrachten…”

De werkbalk “Snelle toegang” aanpassen

Om de werkbalk “Snelle toegang” aan te passen klik je de knop “Meer opdrachten…” in het lijstje dat we hebben gezien in hierboven, of je klikt de knop “bestand” in de menubalk, en je kiest “Opties” in de backstage weergave die we besproken hebben in de vorige les.In beide gevallen opent dit het dialoogvenster “Opties voor Access” waarbij het tabblad “Werkblad snelle toegang” is geselecteerd.

Alle beschikbare opdrachten in Access vinden we in deze lijsten.
De opdrachten zijn verdeeld in categorieën. Klik het naar beneden wijzend pijltje om een andere categorie te kiezen, uit de drop-downlijst in het vak “Kies opdracht uit:”.

Selecteer de opdracht in het rechtse venster, en klik de knop “Toevoegen>>>”.
Om een opdracht te verwijderen, selecteer je de opdracht in de rechtse kolom, en klik je de knop “Verwijderen”.Door te klikken op de pijltjes boven en onder, kun je de plaats van de opdracht wijzigen in de werkbalk Snelle toegang.In het vak “Werkbalk Snelle toegang aanpassen:” kan men kiezen of je deze instellingen voor alle documenten wil hebben, of slechts voor het document waarin je momenteel aan het werken bent.Ben je klaar met je instellingen, klik je de knop OK.

9

Wens je terug de beginwaarden in te stellen voor de werkbalk “Snelle toegang” klik je de knop “Beginwaarden”.
Dit geeft je een keuzemenu waar je of alleen de beginwaarden voor de werkbalk “Snelle toegang” wil instellen, of alle aanpassingen opnieuw wil instellen.
Wat het eerste doet lijkt me duidelijk.
Het tweede zal ook de beginwaarden voor het lint instellen. Hierover meer in de volgende les.

Formidabel U hebt Les 3 voltooid START VOLGENDE LES