Laagmappen

Om alles een beetje ordelijk te houden in onze Tijdlijn, kunnen we de verschillende lagen plaatsen in laagmappen. Dit is handig wanneer je tientallen lagen in je filmpje hebt, en je wilt een bepaalde laag vlug terug vinden. In dit voorbeeld heb ik slechts drie lagen met figuren plus een ActionScript laag, maar toch vind ik het belangrijk dat deze netjes worden gerangschikt.

Hiervoor selecteren we eerst de laag waarboven je de nieuwe map wil plaatsen.
Vervolgens klik je de knop “Nieuwe laag” onderaan de Tijdlijn.

Klik en sleep de laag die je wenst te plaatsen in de map over het mapicoontje, en laat de muisaanwijzer los.
Dit plaatst de laag, in dit geval de laag “Rechthoek” in de nieuwe map. Uit de inspringing die wordt toegevoegd voor de laagnaam, kunnen we opmaken dat deze laag zich in de bovenstaande map bevindt.

Heb je meerdere lagen die allen in deze map horen, dan selecteer je deze allen mat de Shifttoets op je toetsenbord ingedrukt, en je sleept deze allen in één keer tot boven het mapicoontje.
Tenslotte geef je de nieuwe map nog een veelzeggende naam, door deze te dubbelklikken.

Om een map te openen of te sluiten klik je het naar benedenwijzend pijltje, links naast het mapicoontje.

 

Masker

We gebruiken een masker om bepaalde delen van een object te verbergen en bepaalde delen van een object te laten zien.

Het eerste wat je moet doen om een masker toe te passen op een bestaande laag is een maskerlaag toevoegen. Deze maskerlaag moet zich boven de laag bevinden die je wil maskeren.
Om een Masker toe te voegen voeg je eerst een “standaard” laag toe, liefst boven de laag waarop je het masker wil toepassen. Dit om de éénvoudige reden dat we deze daarna niet hoeven te verplaatsen.

Nu heb je twee manieren om van deze nieuwe laag een masker te maken.

De eerste manier is het icoontje voor de naam van de nieuwe laag te dubbelklikken. Dit opent het dialoogvenster “Laageigenschappen”.

In het bovenste vak geef je de (masker)laag een naam, je selecteert “Masker” als type, en je klikt de knop OK.
Dit maakt van deze laag een maskerlaag (1).

Vervolgens dubbelklik je het icoontje van de te maskeren laag, in dit geval de laag “Cirkel”, en kies je “Gemaskeerd” in het dialoogvenster.
Dit maakt van de laag een gemaskeerde laag (2).

 

Wat je nu nog hoeft te doen is in het hoofdframe van de maskerlaag een masker te tekenen, en daarna de film te testen.
Om een film te testen kies je “Besturing” in de menubalk, en klik je “Film testen” in het drop-downmenu.

Dit was dus een eerste manier om een maskerlaag toe te voegen aan je filmpje.
Maar er is een tweede en veel vluggere manier.

Voeg een laag toe boven de laag die je wil maskeren.
Teken een figuur die je als masker wil gebruiken in deze nieuwe laag.
Rechtsklik deze laag en kies “maskeren” in het drop-downmenu.
Dit zal onmiddellijk van de nieuwe laag een maskerlaag maken, en van de onderliggende laag een gemaskeerde laag maken.

Beide lagen worden ook automatisch vergrendeld zodat je onmiddellijk het resultaat ziet van je masker, zonder dat je daarvoor het Flashfilmpje moet testen.

Tip: randen van een figuur die je gebruikt als masker worden niet mee opgenomen in het masker. Enkel de vulling van het figuur wordt aanzien als masker. Dus is het onnodig je figuur die dient als masker te voorzien van een rand, of streek, noem het zoals je wil.

 

Laag toevoegen aan een bestaand masker

Om een bestaande laag toe te voegen aan een maskerlaag klik en sleep je deze laag onder de maskerlaag of onder een gemaskeerde laag.

 

Laag verwijderen uit een bestaand masker

Om van een gemaskeerde laag een “normale” laag te maken, klik en sleep je deze laag naar boven of onder, weg van de maskerlaag.
Een tweede manier is het icoontje voor de gemaskeerde laag te dubbelklikken, en te kiezen voor “Normaal” in het dialoogvenster dat verschijnt.

 

Cursussen

• Downloading iPad Apps
• Lesson 1: Introduction to Publisher
• Lesson 65: File Formats