Overgang toevoegen, wijzigen of verwijderen in de scènelijn

Voor wie niet mocht weten wat een overgang tussen clips is, dit is een effect dat je toevoegt tussen twee clips.

Om een overgang tussen twee clips toe te voegen in de scènelijn, is het eerste wat je doet natuurlijk, de scènelijn openen.
In het deelvenster “taken” kiezen we het hoofdmenu “Bewerken”, en klikken de optie “Overgangen”.
Standaard zal Premiere je alle overgangen tonen die er beschikbaar zijn.
Weet je welke overgang in welke categorie je zoekt, dan klik je het naar benedenwijzend pijltje naast het vak “Alles tonen”, en kies je een categorie uit het lijstje. Dit zal de verschillende overgangen reeds filteren in het deelvenster met voorbeelden.
Wanneer je de muisaanwijzer beweegt over één van de overgangen, zal dit een voorbeeld tonen van de animatie.
Om een overgang toe te voegen aan de scénelijn klik en sleep je deze tussen twee clips.
Om een overgang te wijzigen klik en sleep je de nieuwe overgang over de oude overgang.
Om een overgang te verwijderen selecteer je de overgang, en klik je de Deletetoets op je toetsenbord.

 

Overgang toevoegen, wijzigen of verwijderen in de Tijdlijn

En al even makkelijk is het in de tijdlijn.
Klik en sleep de overgang tussen twee clips.

Wens je deze te verwijderen in de Tijdlijn, selecteer je deze en klik je de Deletetoets op je toetsenbord.
Wens je deze te wijzigen, klik en sleep je een andere overgang in het overgangsvierkantje in de Tijdlijn.
Voor wie het niet mocht zijn opgevallen, de overgangen in de tijdlijn worden weergegeven als kleine vierkantjes voor de titel van de clip.

 

Overgang bewerken

Alle overgangen hebben een aantal eigenschappen die we kunnen aanpassen. Deze zijn niet voor elke overgang hetzelfde, maar over de meest voorkomende zal ik een woordje uitleg geven, de andere moet je zelf maar wat proberen.

Om een overgang te bewerken selecteer je de overgang, in de scénelijn of tijdlijn, maakt niet uit en klik je de knop “Overgang bewerken”.
Je vindt deze knop onderaan het deelvenster “Overgangen” (zie bovenstaande afbeelding).

De meest voorkomende eigenschappen van een overgang zijn de “Duur”, de “Uitlijning”, het “Start” en het “Einde” punt, de kleur van de rand, de breedte van deze rand en “anti-aliasing”.

Wat je misschien het beste eerst doet is het keuzevakje “Werkelijke bronnen tonen” selecteren. Dit geeft een voorbeeld van de clips weer, in plaats van die grijze A en B vakken.

Ok, we gaan de opties eens vlug overlopen.

  • Duur : Hiermee stellen we de duur van de overgang in.
    De standaardwaarde voor duur is één seconde.
    Eventueel open je de tijdlijn van de overgang door deze knop te klikken, en pas je de duur van de overgang in deze tijdlijn aan door met de muisaanwijzer te klikken en te slepen met de randen.
  • Uitlijning: Hiermee geven we aan hoe de overgang wordt uitgelijnd tussen clips.
    Standaard worden overgangen gecentreerd tussen clips.
  • Start-/eindpunten: Hiermee stellen we in welk percentage van de overgang is voltooid aan het begin en einde van de overgang.
  • Werkelijke bronnen tonen: Hiermee worden de begin- en eindframes van de clips weergegeven.
  • Breedte rand: lijkt me duidelijk
  • Kleur rand: lijkt me ook duidelijk
  • Negatief: Hiermee geven we de overgangbeelden weer als negatief.
  • Kwaliteit anti-aliasing: Hiermee pas je de vloeiendheid van de randen van de overgang aan.

 

 

Formidabel U hebt Les 7 voltooid START VOLGENDE LES