Navigeren in je bestand

Wanneer je erg bent ingezoomd in je afbeelding zal het wel eens voorvallen dat je helemaal niet meer weet waar je je bevindt in de foto.
Hiervoor hebben we het navigatievenster.
Om het navigatievenster te openen hebben we een aantal manieren.
De eerste manier is het vierdelig pijltje te klikken (1) in de rechterbenedenhoek van de afbeelding.
Dit opent een miniatuurweergave van het navigatievenster.
Het navigatievenster toont je de hele afbeelding, met daarin een kadertje (2).
Dit kadertje toont ons het gedeelte van de foto, dat zichtbaar is in het documentvenster.
Door te klikken en te slepen met dit kadertje kun je het gedeelte van de foto dat zichtbaar is in het documentvenster wijzigen.

 

Je hebt de mogelijkheid dit navigatievenstertje te openen als een afzonderlijk venster, zodat dit steeds geopend blijft.
Klik hiervoor de knop “Venster (3) in de menubalk.
Kies “Koppelbare dialoogvensters” (4) in het drop-downmenu, en klik “Navigatie” (5).

 

Dit opent het dialoogvenster “Navigatie” (6).
Ook in dit venster klikken en slepen we het kadertje (7) om het gedeelte van de foto dat zichtbaar is in het documentvenster, te wijzigen.
Onderaan het navigatievenster vinden we een menubalk (a), met daarin een schuifbalk plus een aantal knoppen waarmee we het zoomniveau kunnen aanpassen.

Maak je veel gebruik van dit navigatievenster, kun je dit vasthechten aan het “Kanalen, Lagen-venster”(8), of het optievenster van de gereedschapskist.

Ook wanneer het navigatievenster is vastgehecht aan een of ander deelvenster, heb je nog steeds het kadertje (9) en de menubalk (a) om de weergave van het bestand in het documentvenster te tonen.

 

Ter informatie:
Hoe meer je bent ingezoomd op je foto, hoe kleiner het kadertje wordt in het navigatievenster.
Logisch.
Toch?

Nog een tip.
Wanneer je aan het werken bent met een ander gereedschap, bijvoorbeeld het penseel, en je wil navigeren naar een ander deel in de afbeelding, dan hou je de spatiebalk op je toetsenbord ingedrukt.
Je klikt en sleept vervolgens naar het deel in de afbeelding waar je wil tekenen, je laat de spatiebalk los, en je tekent verder met het penseel.

Formidabel U hebt Les 9 voltooid START VOLGENDE LES