Photoshop - CS6

Les 3: Kennismaken met Photoshop CS6 (3)

3/102 Lessen 

Deelvensters

Wanneer we Photoshop openen worden alle “deelvensters”, ook wel eens “panelen” of “paletten” genoemd, geopend aan de rechterzijde van het venster. Deze zijn weliswaar dichtgevouwen maar alle beschikbare panelen worden getoond. Om deze uit te vouwen klik je het dubbele naar rechtswijzend pijltje, bovenaan rechts in de deelvensters (1). In deze panelen vinden we veel van de opdrachten die we kunnen uitvoeren in Photoshop. Al deze verschillende deelvensters kunnen we door middel van te klikken en te slepen met de titelbalk van het deelvenster (2), positioneren waar we deze het liefste willen hebben. Men kan een palet sluiten door het naar benedenwijzend pijltje te klikken in de titelbalk van het palet, en te kiezen voor “Sluiten” in het drop-downmenu (3). Of wanneer het een losgekoppeld palet is, het x-icoontje te klikken. Je kunt een “groep” maken van verschillende paletten, door de “tabs” van deze allen op dezelfde titelbalk te slepen. Je kunt een hele groep paletten sluiten door het naar benedenwijzend pijltje te klikken in de titelbalk van het palet (3) en te kiezen voor “Tabgroep sluiten” in het drop-downmenu. Nieuw in Photoshop CS6 is dat je de afmetingen van een deelvenster kunt wijzigen. Plaats hiervoor de muisaanwijzer over de rand van het deelvenster (4), en klik en sleep tot je de gewenste afmetingen hebt bereikt. In sommige gevallen is dit een heel handig extraatje.

Met die deelvensters kun je werkelijk alle kanten uit. Ik kan alleen maar zeggen, open diegene die je op het moment veelvuldig gebruikt, en sluit diegene die je later eens zal gebruiken. Op deze manier behoud je de optimale werkruimte voor je afbeelding.

Image1

Om een deelvenster te openen klik je de knop “Venster” in de menubalk, en klik je het deelvenster dat je wil openen in het drop-downmenu.
Nog even een tipje misschien. Wanneer de deelvensters zijn dichtgevouwen, kun je de icoontjes zien die bij de deelvensters horen. Klik en sleep je met de rand van de deelvensters, dan kun je hiervan de breedte wijzigen, en op deze manier ook de hierbij horende labels zien.

Image2

Beschik je over twee monitors, kun je alle deelvensters slepen naar de tweede monitor. Ook op deze manier behoud je de optimale werkruimte voor je afbeelding. Een derde manier om vlug alle deelvensters te laten verdwijnen is de sneltoetscombinatie Shift + Tab te klikken op je toetsenbord. Herhaal deze handeling wanneer je de deelvensters terug wil weergeven.

Opslaan van een werkomgeving

Heb je alle deelvensters geopend en geplaatst waar jij deze wenst, kun je deze werkruimte opslaan. Klik hiervoor de knop “Venster” in de menubalk, kies “Webruimte” in het drop-downmenu, en klik “Nieuwe werkruimte”.

In het dialoogvenster dat verschijnt geef je hiervoor een naam en klik je de knop “Opslaan”.

Image3

Heb je bepaalde sneltoetscombinaties ingesteld die je wil opslaan, selecteer je ook dit vakje. En heb je bepaalde menu-items toegevoegd aan een menu, dan selecteer je ook dit vakje. Maar meer hierover in de volgende les.

Heb je nu een aantal vensters geopend en wil je terugkeren naar jou vertrouwde werkruimte, hoef je enkel de knop “Venster” te klikken in de menubalk, “Werkruimte” te kiezen in het pop-upmenu, en te klikken op de zojuist aangemaakte Werkruimte.

Image4

Formidabel U hebt Les 3 voltooid START VOLGENDE LES