De werkbalk “Aan de slag”

Standaard wordt de werkbalk “Aan de slag” getoond wanneer we voor het eerst SketchUp openen.

Maar er zijn er nog.
Klik hiervoor op de knop “Weergave” in de menubalk, en kies “Werkbalken” uit het drop-downmenu.

De eerste is dus de “Aan de slag”:

 

Grote gereedschappenset

De tweede is de “Grote gereedschappenset”:

De “Grote gereedschappenset” bestaat eigenlijk uit 6 verschillende gereedschapbalken.

Voor het volgen van deze cursus kan je misschien het beste deze gereedschapbalk zichtbaar maken en de “Aan de slag” werkbalk uitvinken.

Dus klik de knop “Weergave” in de menubalk, kies “Werkbalken” uit het drop-downmenu en klik de “Aan de slag” optie om deze uit te vinken.
Klik nogmaals de knop “Weergave” in de menubalk, kies “Werkbalken” uit het drop-downmenu en klik de “Grote gereedschappenset ” optie om deze aan te vinken.

In onderstaande tabel geef ik de naam plus een korte omschrijving van de verschillende knoppen in de gereedschapbalk “Grote gereedschappenset “. In een volgende les wordt de werking van een aantal van deze uitgelegd, en een aantal worden uitgelegd wanneer we deze gaan gebruiken.

 

Icoon

Omschrijving

Sneltoets

Grote gereedschappenset

1. Werkbalk “Hoofd”

Selecteren
We gebruiken het gereedschap “Selecteren” om één of meerdere objecten te selecteren in het tekengebied.
Spatiebalk
Component maken
We gebruiken het gereedschap “Component maken” wanneer we van een geselecteerd object in het tekengebied een component willen maken.
G
Verfpot
We gebruiken de “Verfpot” wanneer we objecten in ons tekengebied willen voorzien van een kleur of textuur.
B
Gum
We gebruiken de “Gum” wanneer we objecten of delen hiervan willen uitgummen in ons tekengebied.
E

2. Werkbalk “Tekenen”

Rechthoek
We gebruiken het gereedschap “Rechthoek” wanneer we een vierkant of rechthoek willen tekenen.
R
Lijn
We gebruiken het gereedschap “Lijn” wanneer we lijnen of randen willen tekenen.
L
Cirkel
We gebruiken het gereedschap “Cirkel” wanneer we cirkels of ovalen willen tekenen.
C
Boog
We gebruiken het gereedschap “Boog” wanneer we gebogen lijnen willen tekenen.
A
Polygoon
We gebruiken het gereedschap “Polygoon” wanneer we een veelhoek willen tekenen.
Vrije stijl
We gebruiken het gereedschap “Vrije stijl” wanneer we lijnen uit vrije hand willen tekenen.

3. Werkbalk “Wijziging”

Verplaatsen/Kopiëren
We gebruiken het gereedschap “Verplaatsen/Kopiëren”, om objecten die zich in het tekengebied bevinden, te verplaatsen of te kopiëren.
M
Duwen/Trekken
We gebruiken het gereedschap “Duwen/Trekken”, om meer of minder volume te geven aan een object in het tekengebied.
P
Draaien
We gebruiken het gereedschap “Draaien” wanneer we een object willen draaien.
Q
Volg mij
We gebruiken het gereedschap “Volg mij” om het profiel van een item langs een pad te dupliceren.
Schalen
We gebruiken het gereedschap “Schalen” om de afmetingen van een object te wijzigen.
S
Verschuiving
We gebruiken het gereedschap “Verschuiving ” om duplicaten te maken van lijnen of randen met een gelijke afstand tussen de kopij en het origineel.
F

4. Werkbalk “Constructie”

Meetlint
We gebruiken het “Meetlint” om de afstand tussen twee punten, of de grootte van een object te bepalen.
T
Afmeting
We gebruiken het gereedschap “Afmeting” om lengte-informatie toe te voegen aan je object.
Hoekmeter
We gebruiken de “Hoekmeter” om hoeken te meten, en hoekige bouwlijnen te maken.
Tekst
We gebruiken het gereedschap “Tekst” om tekst toe te voegen aan het object.
Assen
Gebruik het gereedschap “Assen” wanneer je de tekenassen wil verplaatsen.
3D-Tekst
We gebruiken het gereedschap 3D-Tekst wanneer we tekst in 3D willen toevoegen.

5. Werkbalk “Camera”

Beeld draaien
We gebruiken het gereedschap “Beeld draaien” om de camera te laten roteren rond het object.
O
Schuiven
We gebruiken het gereedschap “Schuiven ” om het beeld over horizontale of verticale as te bewegen.
H
Zoomen
We gebruiken het gereedschap “Zoomen” om in of uit te zoomen op ons object.
Z
Alles zoomen
We gebruiken het gereedschap “Alles zoomen” om net zover in te zoomen, totdat je object zichtbaar is over het hele scherm.
Shift+Z
Vorige
We klikken de knop “Vorige” om terug te keren naar ons vorig beeld.
Volgende
We klikken de knop “Volgende” om naar het volgend beeld te gaan. Deze is natuurlijk enkel beschikbaar wanneer je eerst de knop”Vorige” hebt gedrukt.

6. Werkbalk “Begeleiden”

Camera plaatsen
Gebruik het gereedschap “Camera plaatsen” om de camera op een specifieke ooghoogte te positioneren.
Rondkijken
Gebruik het gereedschap “Rondkijken” om de camera te draaien rond een punt.
Wandelen
Gebruik het gereedschap “Wandelen” om door uw object te manoeuvreren alsof u door het object zou lopen.
Doorsnedevlak
Gebruik het gereedschap “Doorsnedevlak” om een nieuw snijvlak in te voegen.
Formidabel U hebt Les 2 voltooid START VOLGENDE LES