Het PowerPoint venster

les01_image01_en
De foto hierboven is het venster dat je te zien krijgt wanneer je PowerPoint versie 2003 en XP start.

Het eerste wat je opvalt, is dat PowerPoint bestaat uit 2 vensters, het applicatievenster en het presentatievenster.

Het presentatievenster opent steeds wanneer je PowerPoint opstart.

Het presentatievenster is waar we onze presentatie gaan samenstellen, en of bewerken.

We kunnen het presentatievenster sluiten zonder het applicatievenster te hoeven te sluiten, dit laat ons toe verschillende presentaties te openen of te sluiten, zonder de applicatie te herstarten.

Het applicatievenster bestaat uit de titelbalk, de menubalk, het takenvenster (enkel 2003 en XP) en de statusbalk.

Het presentatievenster bevat de verschillende dia’s die we gebruiken voor de samenstelling van onze voorstelling.

De dia’s zijn samengesteld uit verschillende objecten (tekst, foto’s, animaties).

 

De titelbalk is de blauwe balk bovenaan onze applicatie.

Zoals bij elke windows-toepassing vinden we ook hier in de rechterbovenhoek de knoppen minimaliseren, maximaliseren, sluiten.

In de linkerbovenhoek vinden we het PowerPoint-icoon, met daarnaast de applicatietitel.

 

Onder de titelbalk hebben we de menubalk, hier vinden we al onze functies terug die we ter onze beschikking hebben in PowerPoint.

Bestand (File), Bewerken (Edit), Beeld (View), Invoegen (Insert), Opmaak (Format), Extra (Tools),Diavoorstelling (Slide Show), Venster (Window), en Help.

Klikken op één van deze zal een submenu weergeven met nog meerdere functies waaruit we kunnen kiezen.

Commando’s die in het grijs worden weergegeven kunnen niet worden gebruikt op dat ogenblik.

bvb het commando Plakken kan niet worden gebruikt wanneer we niet eerst op het commando Kopiëren hebben geklikt.

Commando’s waarachter een zwart pijltje staat, hebben zelf ook nog eens een submenu dat we te zien krijgen wanneer we met onze muisaanwijzer over het commando wijzen.

Commando’s waarachter drie puntjes (…) staan, openen een dialoogvenster waar we keuzes moeten maken of informatie moeten ingeven .

 

les01_image02_enDe werkbalken in alle Microsoft applicaties zijn bereikbaar op dezelfde manier.

Klik op Beeld – Werkbalken (View – Toolbars) in de menubalk.

Dit geeft ons een overzicht welke werkbalken we willen zien, en welke niet.

Diegene die zijn “aangevinkt” zijn zichtbaar, de overige niet:

Door te klikken op de naam van de werkbalk, kunnen we deze zichtbaar maken of onzichtbaar.

We kunnen zoals in elke Windows applicatie de werkbalken slepen naar elke gewenste positie.

We kunnen een werkbalk op elk moment sluiten door op de X te klikken bovenaan rechts in de werkbalk.

 

De standaard werkbalk heeft ook in PowerPoint veel dezelfde commando’s die we in elke Windows- toepassing terug vinden: zoals Nieuw, Openen, Opslaan, Printen, Knippen, Kopiëren, Plakken etc…

Sommige van deze knoppen hebben aan de rechtse kant een naar beneden wijzend zwart pijltje, hierop klikken, geeft ons een dropdown-menu waaruit we een keuze kunnen maken.

Wat ook handig is, wanneer je de muisaanwijzer over een knop plaatst, na enkele seconden de functie van de knop wordt weergegeven.

 

De Opmaak werkbalk gebruiken we o.a. om ons lettertype, lettergrootte en letterkleur te wijzigen.

Om onze uitlijning aan te passen, kortom om een groot deel van onze opmaak van de dia in te stellen.

Alle commando’s in de menubalk en de commando’s in de submenu’s hebben één letter die is onderlijnt, bvb bij de functie Invoegen (Insert) is dat de letter I.

Wanneer we op de Alt toets + de I toets op ons toetsenbord klikken, zal deze functie worden uitgevoerd, dit noemen we een sneltoets.

Achter sommige functies vinden ook sneltoetsen, zo staat er achter de knop “Copy” Ctrl+C.

Klikken op deze beide knoppen op ons toetsenbord heeft dezelfde uitwerking mocht je op de knop “Copy” in de menubalk hebben geklikt.

 

Het Takenvenster (enkel 2003 en XP)

les01_image03_enAan de rechter zijde van ons applicatievenster zien we het takenpaneel.

Het takenpaneel gebruiken we voor verschillende functies.

We kunnen een reeds bestaande voorstelling openen en bewerken, we kunnen een nieuwe maken, we kunnen zoeken naar een bepaalde tekst, we kunnen clip arts toevoegen etc…

Klikken op het pijltje rechts in het takenvenster, geeft ons een hele hoop functies waaruit we kunnen kiezen.

 

De statusbalk onderaan het applicatievenster verschaft ons dan weer informatie over het aantal dia’s dat we momenteel hebben en welke dia we momenteel aan het bewerken zijn.

 

Presentatieweergave

Wanneer we werken aan een voorstelling zal het je opvallen dat we heel wat keren zullen overschakelen tussen de verschillende weergaves in PowerPoint.

Om de weergave te wijzigen klikken we op de “Weergave knoppen”, onderaan links in het venster.

Of we kiezen Beeld (View) uit de menubalk waar we alle mogelijkheden terugvinden.

In een volgende les bespreken we deze weergaves meer uitgebreid.

 

Wanneer we een nieuwe presentatie starten zal deze openen in “Normal” view voor 2003, XP en 2000.

Voor de versie ’97 zal dit in “Dia” voorstelling zijn.

In de versies XP en 2003 vinden we aan de linkerzijde van het presentatievenster een paneel dat ons nog de mogelijkheid geeft de voorstelling te bekijken in Dia’s (Slides) en Overzicht (Outline).

In de versie 2000 was enkel ” Overzicht (Outline)” beschikbaar.

In de versie 2000, 2003 en XP beschikken we ook nog over Notities pagina (Notes Page) beeld, onderaan het presentatievenster.

Maar nogmaals, we bekijken al deze mogelijkheden in een latere les.

Formidabel U hebt Les 1 voltooid START VOLGENDE LES