Tekst invoegen

In Publisher hebben we volledige controle over hoe en waar we tekst invoegen in onze publicatie.

Wanneer je gebruik maakt van een sjabloon zul je zien dat, afhankelijk van het type sjabloon, dit reeds is ingedeeld in verschillende tekstvakken.

In dit voorbeeld maak ik gebruik van een nieuwsbrief-sjabloon, maar dat maakt niet uit.

Al deze tekstvakken zijn reeds voorzien van standaard tekst.

Wanneer je inzoomt op je publicatie zie je dat deze tekstvakken ons informatie en instructies geven.

Al deze tekst is louter informatief maar kan toch wel nuttig zijn.

Om deze tekst te wijzigen hoef je deze enkel één keer te klikken.

Dit zal alle tekst in het tekstvak selecteren, het enige wat jij hoeft te doen is je tekst te typen, of te plakken, mocht je deze hebben gekopieerd uit een andere applicatie, bijvoorbeeld Word.
En wanneer je gedaan hebt met typen, klik je een plaats in je publicatie buiten het tekstvak.
Dat is alles, makkelijker kan het toch niet?

Zoals je kunt zien in onderstaande afbeelding kan een tekstvak uit meerdere kolommen bestaan
Welke kolommen zie je wanneer de tekst is geselecteerd in een tekstvak.
Hierover meer in het volgende deel van deze les, wanneer ik het heb over het invoegen van tekstvakken.

Tekstvak invoegen en koppelen

In dit voorbeeld maak ik gebruik van een blanco publicatie, maar je kan evengoed één of meerdere tekstvakken toevoegen aan een sjabloon.
Om een tekstvak toe te voegen klik je de knop “Tekstvak” in objectenwerkbalk.
Klik en sleep op de positie in je publicatie waar je deze wenst in te voegen.
Laat de muisaanwijzer los wanneer je de juiste afmetingen hebt bereikt.
De cursor wordt automatisch in het tekstvak geplaatst, het enige wat jij hoeft te doen is typen.

Je kunt zoveel tekstvakken toevoegen dat jij wil.
Wens je een tekstvak te koppelen aan een eerder gemaakt tekstvak, zodat de tekst die niet meer in het eerste tekstvak past doorloopt in het tweede tekstvak, teken je eerst de twee tekstvakken.
In het eerste vak mag er reeds tekst staan, dat maakt niet uit. Maar het tweede vak MOET blanco zijn wil je dit koppelen aan het eerste vak.

Om het tweede vak te koppelen plaats je eerst de cursor in het eerste tekstvak, klik de knop “Tekstvakkoppeling maken” in de standaard werkbalk.
De muisaanwijzer wijzigt in een kannetje.
Beweeg deze over het tweede vak en klik.
Het tweede tekstvak is nu gekoppeld aan het eerste tekstvak.

Heb je meerdere tekstvakken dan herhaal je deze stappen voor elk tekstvak.

Gekoppeld tekstvak verwijderen

Om een gekoppeld tekstvak te verwijderen selecteer je het tekstvak, klik je de knop “Bewerken” in de menubalk, en kies je “Object verwijderen”.
Of dit tekstvak nu het tweede, derde, of vierde is in een reeks dat maakt niet uit.
De tekst zal nog steeds doorlopen van het ene tekstvak naar het volgende.

Koppeling verbreken

Door een tekstvak te selecteren, en in de standaard werkbalk de knop “Voorwaarde koppeling verbreken” te klikken verwijder je elke koppeling tussen verschillende tekstvakken die na het geselecteerde tekstvak komen.
Bijvoorbeeld:
We hebben koppelingen van tekstvak 1 naar 2 naar 3 naar 4 en naar 5.
Selecteer je tekstvak 3 en klik je de knop “Voorwaarde koppeling verbreken”, dan zullen de koppelingen tussen vak 3 en 4 en tussen vak 4 en vak 5 verdwijnen.

Door te klikken op de knoppen “Naar volgend tekstvak” en “Naar vorig tekstvak” kunnen we navigeren tussen de verschillende tekstvakken.

Formidabel U hebt Les 6 voltooid START VOLGENDE LES