Office 2010 - Word

Les 21: Tabstops

21/66 Lessen 

Tabstops instellen d.m.v. de liniaal

We gebruiken tabs, om gegevens uit te lijnen in ons document.

Eén manier om tabs in te stellen is door middel van de liniaal.

Mocht je deze niet zien, kies je het tabblad “Beeld” in het lint, en klik je het vakje voor de tekst “Liniaal”, zodat dit is aangevinkt.

Links van de horizontale liniaal (1) en boven de verticale liniaal (3), vinden we de tabkiezer (3).

De tabkiezer bevat de verschillende types van tabs, die we kunnen gebruiken in ons document.

tab1 Met de links uitlijnende tabstop stellen we de beginpositie van tekst in, deze wordt van links naar rechts weergegeven terwijl we typen.
tab2 Met een tabstop voor centreren, stellen we de positie van het midden van de tekst in. Terwijl we typen wordt de tekst op deze positie gecentreerd.
tab3 Met een decimale tabstop lijnen we getallen uit rond een komma. De komma blijft op dezelfde positie staan, ongeacht het aantal cijfers.
tab4 Met een lijntabstop wordt een verticale balk op de tabpositie ingevoegd.
tab5 Met een rechts uitlijnende tabstop stellen we het rechtereinde van de tekst in. Terwijl je typt wordt de tekst naar links verplaatst.
tab7 Eerste regel inspringen.
tab6 Verkeerd-om inspringing

Standaard wordt de links uitlijnende tabstop ingesteld.

Door te klikken op de tabkiezer, kunnen we makkelijk het type van tab wijzigen.

Om een tab in te stellen in het liniaal, kies je eerst het type met de tabkiezer, en klik je daarna op de positie waar je deze wenst in het liniaal.
Klikken op de tabtoets op je toetsenbord, zal de cursor automatisch naar de volgende tab verplaatsen. Alle gegevens kunnen we op deze manier netjes uitlijnen.

  1. links uitgelijnd
  2. gecentreerd
  3. rechts uitgelijnd
  4. decimale tabstop
  5. lijntabstop

 

Tabstops instellen d.m.v. het dialoogvenster

Een tweede manier om tabstops in te stellen is door middel van het tabstopdialoogvenster.

Klik hiervoor op het naar beneden wijzend pijltje, naast de groep “Alinea” (1).

Dit opent het dialoogvenster “Alinea” (2), waar je klikt op de knop “Tabs” (3), onderaan links in het venster.

De verschillende tabs (4) die we in het vorige onderdeel van deze les hebben ingesteld, zien we staan in het vak met de verschillende Tabposities.

Om deze te verwijderen selecteer je de tab in het lijstje, en klik je de knop “Wissen”.

Om nu een tab in te stellen geef je de positie in het vak “Tabpositie”, bv 1 cm, selecteer je een uitlijning voor de tab, en klik op “Instellen”.

Klik de knop OK wanneer je klaar bent met het instellen van al je tabs.

Om alle tabs te verwijderen klik je de knop “Alles wissen”. Maar dat had je wel al door.

 

Om tabs te verplaatsen, kan je deze klikken en slepen in de liniaal.
Om tabs te verwijderen, klik en sleep je deze in het document.

 

Opvultekens tussen tabs

Opvultekens tussen de verschillende tabs, kunnen ons helpen om de gegevens uit ons document makkelijker te kunnen lezen.

 

Standaard staat dit ingesteld op “Geen”.

Wens je een opvulteken in te voegen, selecteer je de tab (1) in het Tabsdialoogvenster waar je de opvultekens wil toevoegen.

Selecteer het type opvulteken dat je wenst (2).

En klik je de knop “Instellen” (3).

Klik OK wanneer je de wijzigingen hebt aangebracht.

Formidabel U hebt Les 21 voltooid START VOLGENDE LES