Afdrukken

Voor je begint met het afdrukken van je foto’s moet je eerst de afbeeldingresolutie weten (deze wordt gemeten in pixels per inch (ppi)), en je printerresolutie (deze wordt gemeten in dots per inch (dpi)).

Het beste kun je rekening houden met de resolutie van de printer wanneer je een resolutie kiest voor de afbeelding. Dit om de éénvoudige reden dat we deze van de afbeelding kunnen aanpassen, en deze van de printer niet.

In geef je een aantal richtlijnen van Paint Shop Pro:

  • Gebruik een afbeelding met een resolutie van 72 tot 120 ppi voor een 300 dpi-printer.
  • Gebruik een afbeelding met een resolutie van 125 tot 170 ppi voor een 600 dpi-printer.
  • Gebruik een afbeelding met een resolutie van 150 tot 200 ppi voor een 1200 dpi-printer.

 

Om de resolutie van je afbeelding te wijzigen open je deze uiteraard eerst, je klikt “Afbeelding” in de menubalk, en je kiest “Formaat wijzigen” in het drop-downmenu.
In het dialoogvenster dat verschijnt verwijder je het vinkje voor de tekst “Nieuwe resolutie met”.
Wat je moet weten voor een correcte afdruk is het aantal dpi van je printer.
Eénmaal je dit weet, kun je het ppi ingeven voor je foto.
Afhankelijk van het ingegeven ppi zullen de vakken “Breedte” en “Hoogte” zich aanpassen.
Je kunt deze eventueel nog lichtjes wijzigen, zolang de waarden van het ppi de waarde van het dpi van de printer niet overschrijdt, althans volgens PSP.

Klik op de knop OK wanneer deze instellingen zijn ingegeven

Nu, om te printen hebben we ook een aantal mogelijkheden. We kunnen één foto afdrukken of we kunnen meerdere foto’s afdrukken.

In het eerste voorbeeld ga ik voor het afdrukken van één foto.

Klik hiervoor “Bestand” in de menubalk, en kies afdrukken. Of, een tweede manier is het “Studiecentrum” te openen, te klikken op “Afdrukken en delen” en te kiezen voor “Eén foto afdrukken”.

In beide gevallen opent dit onderstaand dialoogvenster waarin we drie tabbladen hebben: “Plaatsing”, “Opties” en “Sjabloon”.
Bovenaan het dialoogvenster wordt de geselecteerde printer weergegeven. Heb jij meerdere printers klik je de knop “Printer” en kies je een andere.

Onder het tabblad “Plaatsing” hebben we een aantal opties.
Aan de linkerzijde in het vak “Exemplaren” geven we het aantal stuks in dat we van onze foto willen afdrukken.
Daarnaast in het vak “Oriëntatie” selecteren we of we deze pagina “Staand” of “Liggend” willen afdrukken. (Rechts daarvan zie je voorbeeld).
Daaronder kunnen we de grootte en de positie van de foto op het blad instellen.
Opgelet! Wijzig je de schaal zal dit de kwaliteit van de afdruk niet ten goede komen.
Rechts daarnaast hebben we de mogelijkheid de foto passend op de pagina te maken, wat in dit geval de schaal van de foto zal vergrootten, wat dan resulteert in een slechtere kwaliteit. De foto te centreren of linksboven te plaatsen wat me duidelijk lijkt.
En de foto aangepast te verschuiven. Selecteer je deze optie, dan kun je de positie ingeven in de vakken “Verschuiven links” en “Verschuiven boven”.

Onder het tabblad “Opties” kunnen we nog kiezen voor “Afdrukuitvoer” en “Kleuropties” welke me duidelijk lijken. En de optie “Afdrukmarkeringen welke handig zijn wanneer we de foto moeten uitknippen.

En onder het tabblad “Sjabloon” hebben we de mogelijkheid de foto af te drukken op een sjabloon, maar hierover vertel ik je meer in de volgende les.

Klik de knop “Afdrukken” wanneer je klaar bent met je instellingen in te geven.

Formidabel U hebt Les 39 voltooid START VOLGENDE LES