Het invoegen, verwijderen, verplaatsen, kopiëren en opmaken van tekst

Plaats de cursor aan het begin van je document, of druk op de toetsen : Ctrl. + Home

Om tekst toe te voegen op een bepaalde plaats in een zin plaats je de cursor voor het woord en typ het in te voegen woord + spatie.
Om een lege rij te verwijderen, plaats je de cursor op de lege rij en drukt op de ‘Backspace’-toets of op de ‘Delete’-toets
Om een woord te selecteren dubbelklik je op het woord, druk je dan op ‘Delete’ dan word het woord uit de tekst verwijdert, typ je een ander woord dan wordt de oude tekst vervangen door de nieuwe
Om een hele lijn te selecteren plaats je de muis-aanwijzer links van de alinea, tot deze verandert in een pijl, en klikt op de linker-muisknop.

Om een handeling ongedaan te maken klik je in de werkbalk op de knop ‘Ongedaan maken’

Om verschillende wijzigingen ongedaan te maken klik je op het pijltje naast de knop ‘Ongedaan maken’, kies hoeveel bewerkingen je wil ongedaan maken (alle wijzigingen tussen de geselecteerde bewerking en het huidige moment worden hersteld)
Klik op de knop ‘Opnieuw’ om een bewerking van de knop ‘Ongedaan maken’ te herstellen.

Tekst kopiëren met de muis :

  • dubbelklik op het woord dat je wil kopiëren
  • druk op de ‘Controle’-toets, klik (er verschijnt een plus-teken) en sleep (linker-muisknop ingedrukt houden) het te kopiëren woord naar de gewenste plaats

Tekst verpaatsen met de muis:

  • selecteer de tekst die je wil verplaatsen
  • plaats de muisaanwijzer op de selectie zodat deze verandert in een pijl
  • hou de linker-muisknop ingedrukt, er verschijnt een stippelijn-kader, en een stippelijn-invoegpositie
  • sleep met de stippelijn-invoegpositie (linker-muisknop ingedrukt), naar de gewenste plaats in je document en laat daar de muisknop los.

Meerdere zinnen kunnen we in Word selecteren met de “Shift-toets” ingedrukt :

  • plaats de cursor voor het eerst te selecteren woord
  • schuif eventueel met de schuifbalken tot je het laatst te selecteren woord ziet
  • hou de “Shift-toets” ingedrukt en klik met de muisaanwijzer na het laatste woord

Opmaak van een tekst

(weergave)

Deze knoppen kan je vinden in de werkbalk ‘Opmaak’

wimage3les4

vet

wimage4les4

cursief

wimage5les4

onderlijnt

Selecteer de tekst of het woord die/dat je wil opmaken, klik op de knop vet, cursief of onderlijnt en de opmaak wordt uitgevoerd,
klik buiten de selectie om de selectie ongedaan te maken.
Heb je bvb een titel een bepaalde opmaak gegeven vb.vet en onderlijnt en je drukt op ‘Enter’ dan merk je dat de opmaak meegenomen wordt naar de volgende regel.
Om de opmaak-kenmerken te verwijderen druk je nogmaals op de betreffende knoppen.
Word geeft ons verschillende types van onderstrepen :

  • klik op ‘Opmaak’in de menubalk (format)
  • klik op ‘Lettertype’ (font)
  • klik op het tabblad ‘Lettertype’ (font)

wimage6les4

Als je drukt op de pijltjes-toets kan je de verschillende types van onderlijning zichtbaar maken in het vak ‘Voorbeeld’ (Preview)

  • kies de gewenste onderlijning
  • en druk op OK indien je tevreden bent

Lettertype en lettergrootte

Word levert ons een aantal lettertypes, voorbeelden hiervan kunnen we bekijken in het dialoogvenster “Lettertype” :

  • klik op het menu ‘Opmaak’ (format)
  • kies de opdracht ‘Lettertype’ (font)

wimage8les4

  • klik op het tabblad ‘Lettertype’ (Font)

In het voorbeeldvak zien we reeds de opmaak voor onze tekst

Het lettertype en de grootte van het lettertype kunnen we snel wijzigen met de knoppen in de werkbalk :

wimage7les4

  • klik op het pijltje van het vak ‘lettertype’
  • kies het gewenste lettertype
  • de keuzelijst sluit automatisch als we onze keuze hebben gemaakt
  • klik op het pijltje naast het vak ‘punten’
  • kies de gewenste puntgrootte door er op te klikken

Je kan dus het lettertype en grootte aanpassen met de knoppen in de werkbalk, of je kan deze aanpassen met het ‘lettertype’-dialoogvenster in de menu ‘Opmaak’, optie ‘Lettertype’. Met de laatste optie heb je wel het voordeel een voorbeeld te zien in het voorbeeldvenster. Als je tevreden bent druk je op OK, de gekozen opmaak worden toegepast op de geselecteerde tekst.

Denk eraan de opmaak-kenmerken worden bijgehouden na het drukken op de ‘Enter-toets’

Gebruik je verschillende opmaak-combinaties in één document, dan kan je gebruik maken van de knop ‘Opmaak kopiëren/plakken’ 

  • -selecteer het woord waarvan je de opmaak wil kopiëren
  • -klik op de knop ‘Opmaak kopïeren/plakken’
  • -de muisaanwijzer verandert in een verfborstel
  • -selecteer de tekst waarvan je de opmaak wil wijzigen, zodra je de muisknop loslaat wordt de opmaak gekopiëerd

Indien je de opmaak van meerdere woorden of lijnen die niet aan elkaar grenzen wil wijzigen, dubbelklik je op de knop ‘Opmaak kopiëren/plakken’, je kan nu zoveel keer de opmaak kopiëren als je wil, klik nogmaals op de knop ‘Opmaak kopiëren/plakken’ om deze uit te schakelen.

In Word ken je makkelijk kleine letters veranderen in hoofdletters en omgekeerd :

  • selecteer een woord of zin
  • klik op “Opmaak” in de menuwerkbalk
  • kies ‘Hoofdlettergebruik’

wimage10les4

Hier heb je de keuze :

  • Zin opmaak (beginnend met een hoofdletter)
  • kleine letters
  • HOOFDLETTERS
  • Titel opmaak
  • wOORDEN iN hOOFDLETTERS bEGINNEND mET eEN kLEINE lETTER

maak uw keuze en druk op OK

Tekenopmaak

In Word hebben we heel wat meer mogelijkheden om teksten op te maken, een aantal voorbeelden :

Onderstrepen :

  • eerst selecteren we de tekst die we willlen onderstrepen.
  • klik op het menu “Opmaak”
  • en kies “Lettertype”.
  • selecteer het tabblad “Lettertype”
  • klik op het pijltje naast het vak “Onderstrepen”.
  • bekijk de verschillende mogelijkheden in het “Voorbeeldvak”

grafische effecten :

In Word hebben we nu ook de mogelijkheid 4 grafische effecten toe te voegen aan tekst
dit zijn respectievelijk :

origineelopmerkingen

Schaduw

Contour

Reliëfkleur moet ingesteld staan op wit

Verzonkenkleur moet ingesteld staan op wit

Je kan slechts één effect toepassen op dezelfde tekst

Randen

in Word kunnen we ook randen toevoegen aan een losse tekst dit was nog niet mogelijk in Word’95
  • -selecteer de tekst.
  • -klik op het menu “Opmaak”
  • -kies “Randen en Arcering”.
  • -klik op het tabblad “Randen”
  • -kies een “Instelling”, een “Stijl”, een “Kleur” en de “Lijndikte”
  • -in het invoervak ‘Toepassen Op” ( Apply to), kies je de optie “Tekst”

wimage18les4

  • klik op OK:

sss

Arceren

Ook arceren van losse tekst is in Word geen enkel probleem

  • selecteer de tekst.
  • klik op het menu “Opmaak”
  • kies “Randen en Arcering”.
  • klik op het tabblad “Arcering”
  • kies een “Stijl” en een “Kleur”.
  • in het invoervak ‘Toepassen Op”, kies je de optie “Tekst”
  • klik op O.K.

wimage20les4

Invoegen van een symbool

  • klik in het menu ‘Invoegen’ op de optie ‘Symbool’
  • klik op het gewenste teken, het gekozen teken wordt groter weergegeven
  • klik op ‘Invoegen’ (je kan de puntgrootte van het symbool ook aanpassen)
  • om het dialoogvenster te verlaten druk je op ‘Sluiten’

wimage11les4

Je hebt nog meer mogelijkheden als je voor een ander lettertype kiest

Het is ook soms nodig om bepaalde tekens hoger of lager dan het eigenlijke lettertype te plaatsen : H²O – m²
Dit noemen we superscript en subscript

Om superscript of subscript toe te passen :

  • -selecteer je de tekst
  • -in het menu ‘Opmaak’ klik je op ‘Lettertype’
  • -in het tabblad ‘Lettertype’ klik je op ‘Superscript’ of ‘Subscript’
  • -klik op Ok om het dialoogvenster te sluiten

Voor deze opdrachten heb je ook knoppen , deze staan niet in de standaart opmaak werkbalk (zie Les 5 “Aanpassen van werkbalken”).

Formidabel U hebt Les 4 voltooid START VOLGENDE LES