Photoshop - CS5

Les 48: Lagen (3)

48/94 Lessen 

Nieuwe lagen

Eerst en vooral, in Photoshop hebben we een aantal verschillende types van lagen. Je hebt ‘gewone’ lagen, je hebt tekstlagen, je hebt aanpassingslagen, vormlagen, videolagen. Allen worden in deze cursus besproken.
Laat ik eerst eens beginnen met een ‘gewone’ laag.Om een nieuwe gewone laag aan te maken hebben we verschillende manieren.
Een eerst manier is de knop “Lagen” te klikken in de menubalk, te kiezen voor “Nieuw” en te klikken op “Laag”(1).
Dit opent een dialoogvenster waar je de nieuwe laag kunt voorzien van een naam, eventueel kies je een kleur voor de achtergrond, kies je een modus en bepaal je een dekking. Maar hierover later meer.
Klik de knop OK.
Een tweede manier is de knop “Een nieuwe laag maken” (2) te klikken, onderaan het deelvenster “Lagen”.

Het eerste wat je doet is bepalen waar je de laag wil toevoegen. Zoals ik reeds had verteld, wordt een laag toegevoegd boven de geselecteerde laag.
Voer vervolgens één van bovengenoemde handelingen uit. Mijn keuze is hiervoor de knop “Een nieuwe laag maken” (2) te klikken, onderaan het deelvenster “Lagen”. Dit gaat veel vlugger.
Wens je hierbij ook gebruikt te maken van het dialoogvenster “Nieuwe laag”, hou dan de Alt-toets op je toetsenbord ingedrukt terwijl je deze knop klikt.

Als voorbeeld zal ik een laag toevoegen boven de laag “Chocolate”, dus selecteer ik de tekstlaag “Chocolate” (1), en klik de knop “Een nieuwe laag maken” (2).
Dit plaatst de nieuwe laag (3) boven de laag “Chocolate”, en wat me in dit voorbeeld vooral interesseert, onder de laag “Girl” (4). Ik wil namelijk het hoofd van het meisje voorzien van een achtergrond.
Dit kan uiteraard op verschillende manieren, dit is er één van.

Met de nieuwe laag geselecteerd, kies ik het gereedschap “Ovaal selectiekader” (5) in de gereedschapbalk, en teken een selectiekader rond het hoofd van het meisje (6).
Vervolgens klik ik de knop “Rand verfijnen” in de optiebalk (7).
Dit opent het dialoogvenster waar ik de “Doezelaar” instel op bijvoorbeeld 15. Dit had je reeds gezien in Les 38.
Sluit het dialoogvenster wanneer je klaar bent.
Vervolgens kies ik een kleur als voorgrondkleur in de gereedschapbalk, gebruik hiervoor eventueel het gereedschap “Pipet”, en klik een kleur in de foto die ik wil gebruiken als achtergrond.
Nu de voorgrondkleur is ingesteld, klik ik de knop “Bewerken” in de menubalk en kies ik “Vullen” in het drop-downmenu.
In het dialoogvenster dat verschijnt klik ik de knop “OK”.
Om het selectiekader te verwijderen klik je de sneltoetscombinatie Ctrl + D op je toetsenbord.
Het hoofd van het meisje is nu voorzien van een “prachtige” achtergrond (8).

Informatief:

Een selectiekader is niet gebonden aan een laag.
Wanneer je een selectiekader vult met een opvulkleur, zal deze opvulkleur worden toegepast op de geselecteerde laag, niet op het selectiekader.
Volg je nog? Natuurlijk volg je nog.

Tip 1:

Om een laag toe te voegen ONDER een geselecteerde laag, hou je de Ctrl-toets op je toetsenbord ingedrukt terwijl je de knop “Een nieuwe laag maken” klikt.

Tip 2:

Wens je op een vlugge manier een laag te voorzien van de ingestelde voorgrondkleur, klik je de “backspace-knop” op je toetsenbord terwijl je de Alt-toets ingedrukt houdt.

Laag dupliceren

Om een laag te dupliceren, rechtsklik je de laag en kies je “Laag dupliceren” in het drop-downmenu.
In het dialoogvenster dat verschijnt, geef je de laag een naam en klik je de knop OK.
Wens je meerdere lagen te dupliceren selecteer je deze eerst allen, je rechtsklikt op het geselecteerde, en je kiest “Laag dupliceren”.
Wanneer je meerdere lagen dupliceert, geeft Photoshop deze voor jou een naam door er “kopie 1”, “kopie 2”, enzoverder, aan toe te voegen.Wanneer je een laag dupliceert, wordt de inhoud van deze nieuwe gedupliceerde laag op exact dezelfde locatie geplaatst dan de laag die je hebt gedupliceerd.

Tip 1:

Vlugger kan dit wanneer je de Alt-toets op je toetsenbord ingedrukt houdt, wanneer je klikt en sleept met het gereedschap “Verplaatsen”.

Tip 2:

Wens je één of meerdere lagen te dupliceren in een andere afbeelding, open je eerst alle afbeeldingen. Selecteer vervolgens de laag of lagen die je wenst te dupliceren, je klikt je de knop “Laag” in de menubalk en kiest “Laag dupliceren”.
In het dialoogvenster “Dupliceren” geef je de laag een naam.
Je selecteert het doel, door te klikken op het naar benedenwijzend pijltje naast het vak “Document”. En je kiest het doelbestand in het lijstje.
Klik de knop OK.

Wens je van deze laag een nieuw bestand te maken, kies je voor “Nieuw” in het dialoogvenster “Laag dupliceren”. Maar dat denk ik hadden jullie wel al door.

Formidabel U hebt Les 48 voltooid START VOLGENDE LES