Photoshop - CS5

Les 58: Laagmaskers (2)

58/94 Lessen 

 

 

Het deelvenster Maskers

Het deelvenster “Maskers” is er sinds de vorige versie van Photoshop.
Bovenaan het deelvenster hebben we twee knoppen (1).
Deze links dient om een laagmasker toe te voegen, of indien er reeds een is toegevoegd aan de laag, om deze te selecteren.
Deze rechts, dient om een vectormasker toe te voegen aan een laag. Meer over vectormaskers in een latere les.
Wat ik wel al kan zeggen is dat je slechts één laagmasker kunt toevoegen aan een laag, maar dat je wel een laagmasker en een vectormasker kunt toevoegen aan een laag.
Onderaan het deelvenster hebben we een aantal knoppen (2) waarmee we één, van het laagmasker een selectie maken, twee, het laagmasker kunnen “toepassen”, drie het laagmasker kunnen verbergen en vier, het laagmasker kunnen verwijderen.
Let op, wanneer je het laagmasker “Toepast” worden het laagmasker met de afbeelding verenigd, en kun je het laagmasker niet meer bewerken.Vervolgens hebben we nog twee schuifregelaars waarmee we de dichtheid en verdoezeling van het laagmasker kunnen bepalen (3).
En nog drie knoppen waarmee we ons laagmasker kunnen verfijnen (4).
De eerste knop “Maskerrand” opent het dialoogvenster “Masker verfijnen” dat sterk gelijkt op het dialoogvenster “Rand verfijnen” dat we hadden gezien in een vorige les, en waarmee we de maskerranden kunnen verfijnen.
De tweede knop “Kleurbereik” gebruiken we voor het maken van een selectiegebied dat is gebaseerd op kleurmonsters.
En met de derde en laatste knop “Omkeren” draaien we het masker om. Met andere woorden zwart wordt wit en wit wordt zwart.
Ten slotte hebben we het naar benedenwijzend pijltje (5) in de titelbalk van het deelvenster, dit opent een drop-downmenu met een aantal veelzeggende opties.

Laagmasker toevoegen

Wat je nodig hebt om een laagmasker toe te voegen is, je raad het al, een laag. Een gewone laag, geen achtergrondlaag. Aan een achtergrondlaag kun je namelijk geen laagmaskers toevoegen.
Wens je hieraan toch een laagmasker toe te voegen, moet je hiervan eerst een gewone laag maken. Hoe je dat doet heb ik je reeds verteld, achtergrondlaag dubbelklikken en klikken op de knop OK.

Om een laagmasker toe te voegen aan een laag hebben we verschillende mogelijkheden.
De volgens mij de meest snelle manier, is de laag te selecteren waaraan je een laagmasker wil toevoegen, en de knop “Laagmasker toevoegen” te klikken onderaan het deelvenster “Lagen”.
Een tweede manier is de knop “Pixelmasker toevoegen” te klikken in het deelvenster “Maskers”.

Wanneer je dit hebt gedaan, wordt er een tweede miniatuurweergave aan de laag toegevoegd.
Standaard is deze miniatuurweergave volledig wit, wat betekent dat dit laagmasker alles verbergt.
Wens je echter een laagmasker toe te voegen die alles weergeeft, dus een volledig zwart laagmasker, hou je de Alt-toets op je toetsenbord ingedrukt terwijl je de knop “Laagmasker toevoegen” klikt onderaan het deelvenster “Lagen”. Dit had ik je al verteld.

En een derde manier om een laagmasker toe te voegen is de knop “Laag” te klikken in de menubalk, te kiezen voor “Laagmasker” in het drop-downmenu, en te klikken op “Alles onthullen” of “Alles verbergen”.
“Alles onthullen” geeft een volledig wit masker, “Alles verbergen” geeft een volledig zwart masker”.
Maar dat denk ik had jezelf wel al door.

Nog een tip!
Wanneer je aan een achtergrondlaag een laagmasker wenst toe te voegen, en je gebruikt hiervoor de knop “Pixelmasker toevoegen” in het deelvenster “Maskers”, hoef jij geen gewone laag te maken van de achtergrondlaag. Dan zal Photoshop dit voor jou doen.

Laagmasker bewerken

Voor je ook maar iets kleurt in het laagmasker, vergewis je ervan dat dit is geselecteerd.
Je kunt dit zien in het deelvenster “Lagen” wanneer het laagmasker is voorzien van een dubbele rand.
Twijfel je of het al dan niet is geselecteerd, klik dan éénmaal op het laagmasker.

De basis van een laagmasker is zwart, wit en de tussenliggende grijswaarden.
Alles wat zwart is in een laagmasker wordt getoond, alles wit is wordt verborgen, en alles war grijs is wordt semi-transparant, dat had ik je reeds verteld, en dat moet je ook onthouden.
Deze kleuren kunnen we op verschillende manieren aanbrengen op het laagmasker.
Eén manier is het gereedschap “Penseel”.
Je selecteert het gereedschap “Penseel” in de gereedschapbalk (1), je kiest zwart of een grijze tint (2) als voorgrondkleur , je selecteert het laagmasker (3), en je tekent.
De volgorde waarin je dit allemaal doet maakt niet uit, zolang je maar pas begint te tekenen wanneer je de andere handelingen hebt uitgevoerd.
Van zodra je begint te tekenen verschijnt de onderliggende laag in de foto (4). In dit geval dus de rode achtergrond.
Van zodra je de muisknop loslaat, verschijnt het getekende in het laagmasker (5).

Heb je te veel zwart gekleurd, en hierdoor teveel van de onderliggende laag getoond, kun je dit wegwerken door er met de witte kleur (1) terug over te tekenen (2).

Tip!
Wanneer je semi-transparant wil tekenen gebruik je dus een grijswaarde als voorgrondkleur, dat had ik je reeds verteld. Maar hetzelfde kun je bereiken wanneer je het percentage in het vak ” Dekking” wijzigt, in de optiebalk (3).

Formidabel U hebt Les 58 voltooid START VOLGENDE LES