Office 2007 - Access

Les 54: Rapporten (9)

54/72 Lessen 

Subrapporten

Een subrapport toont ons gegevens die zijn gerelateerd aan gegevens in het hoofdrapport.
Bijvoorbeeld, om de liedjes uit een album te zien voeg ik hier een subrapport toe uit de tabel “Liedjes”.

Om een subrapport toe te voegen ga je eerst naar ontwerpweergave in het hoofdrapport.
Ook hier hebben we een aantal mogelijkheden om een subrapport toe te voegen.
In dit voorbeeld maak ik gebruik van de wizard.
Selecteer de wizardknop in het lint onder het contextuele tabblad “Ontwerpen”, en klik de knop “Subformulier/subrapport”.
Klik en sleep in het hoofdrapport op de plaats waar je het subrapport wil invoegen.

Dit opent het eerste venster van de wizard.

In dit venster bepalen we waar de gegevens in het subrapport moeten worden opgehaald.
Uit een tabel/query of uit een formulier/Rapport.
Ik kies de tabel “Liedjes”.
In het tweede venster bepaal je welke velden uit het rapport en het subrapport zijn gelinkt aan elkaar.

Kies je voor de eerste optie “Selecteren in een lijst”, dan zal Access bepalen welke velden hiervoor in aanmerking komen.
Als voorbeeld kies ik de optie “Zelf bepalen”.
Dit opent invulvakken waarin je zelf de gelinkte velden voor het rapport en het subrapport bepaalt.

Deze vakken worden uiteraard niet getoond wanneer je had gekozen voor de optie “Selecteren in een lijst”.

Ik kies het veld “albumID” voor zowel het hoofdrapport als het subrapport.
En klik op “Volgende”.
Dit brengt je in het laatste venster van de wizard waar je een naam ingeeft voor het subrapport.
Klik de knop “Voltooien”.
Bekijk het resultaat in “Rapportweergave”:

 

 

Meerdere kolommen

Wanneer de gegevens in ons rapport geen gebruik maken van de volledige paginabreedte, kunnen we een rapport maken met meerdere kolommen.

Ga hiervoor eerst naar de “Ontwerpweergave”.

In dit voorbeeld ga ik de gegevens in twee kolommen plaatsen.
Eerst moet ik weten of de breedte van mijn rapport niet breder is dan de helft van de breedte van mijn papier. Anders vallen de gegevens van de tweede kolom buiten de papierbreedte, en zullen deze maar deels of helemaal niet worden afgedrukt.
Maak je een rapport met drie kolommen, dan kunnen deze niet breder zijn dan 1/3 van de breedte van het papier. Maar dat had jezelf wel al door.

Eventueel maak je gebruik van de liniaal.
Deze knop kan je vinden onder het contextuele tabblad “Schikken”.

Selecteer het tabblad “Pagina-instelling”, en klik de knop “Kolommen”.
Dit opent het dialoogvenster “Pagina-instelling” waarin het tabblad “Kolommen” is geselecteerd.
Geef het aantal kolommen in het bovenste invulvak.

 

Eventueel kan je hier nog een aantal andere opties instellen.

  • Rijafstand: laat je toe meer witruimte te creëren tussen de verschillende records.
  • Kolomafstand: laat je toe meer witruimte te creëren tussen de verschillende kolommen.
  • Kolomgrootte: heb je bepaald in “Ontwerpweergave”, maar kan je hier nog aanpassen indien je dit wenst.
  • Gelijk aan detailsectie: is standaard ingesteld, en zal voor de verschillende kolommen eenzelfde breedte en hoogte instellen. Wanneer dit niet is aangevinkt kan je de kolomgrootte en breedte aanpassen in de bovenliggende vakken.
  • De kolomindeling bepaalt hoe je records worden afgeprint, “Omlaag dan opzij” of “Opzij dan omlaag”.

 

Klik OK.

 

Kies het tabblad “Start”, klik de knop “Weergave”, en selecteer de optie “Afdrukvoorbeeld”.

 

Formidabel U hebt Les 54 voltooid START VOLGENDE LES