Office 2010 - Access

Les 55: Rapporten (3)

55/76 Lessen 

Rapportontwerp

Nog een andere manier om een rapport te maken is met de knop “Rapportontwerp”.
We vinden deze knop ook onder het tabblad “Maken” in het lint.
Wanneer we hierop klikken, opent dit een leeg formulier, verdeeld in drie secties:

  1. de sectie “Paginakoptekst”
  2. de sectie “Details”
  3. de sectie “Paginavoettekst”

In de sectie “Details” plaatsen we de velden uit de tabel of Query.
Maar het eerste wat je moet doen, wanneer je de knop “Rapportontwerp” hebt geklikt in het lint, is Access laten weten op welke tabel of query je het rapport wil baseren.

Selecteer “Rapport” in het bovenste vak van het eigenschappenvenster, en selecteer het tabblad “Gegevens”.
Klik het naar beneden wijzend pijltje naast het vak “Recordbron”, en kies de tabel of query waarop je het rapport wil baseren, in de drop-downlijst.

les55_image001
En klik de knop “Bestaande velden toevoegen” in het lint.

Dubbelklik de velden in de lijst die je wil toevoegen.
Access zal deze automatisch toevoegen aan de sectie “Details”.
Standaard wordt voor elk veld dat wordt toegevoegd een label en een tekstvak gemaakt.
Het tekstvak bevat de waarde uit dat veld, het label geeft een omschrijving van dat veld.

les55_image002
Zoals ik dus eerder heb verteld, om een veld en het label samen te verplaatsen selecteer je het veld, plaats je de muisaanwijzer over de rand, en wanneer deze wijzigt in een vierdelig pijltje sleep je dit naar de gewenste plaats.

Om enkel het label of het tekstvak te verplaatsen, klik en sleep je met de blokjes links bovenaan.

Een tweede manier om velden uit te lijnen, is door gebruik te maken van de knoppen in het contextuele tabblad “Schikken”. Selecteer eerst natuurlijk het veld of de velden die je wil schikken.

Om de grootte van de sectie “Details” te wijzigen, plaats je de cursor over de rand, links of onder, en wanneer deze wijzigt in een tweedelig pijltje klik en sleep je met de muis tot je de gewenste breedte of hoogte hebt bereikt.

Klik de knop “Rapportweergave” in het lint om het rapport te bekijken.

Paginakop- en Paginavoetteksten

Mochten deze secties in jouw formulier niet te zien zijn, rechtsklik je ergens les55_image003in het formulier, en klik je de optie “Paginakoptekst/-voettekst”.

De knop “Paginakoptekst/-voettekst” is een wisselknop.
Mocht je niet weten wat een wisselknop is, dit is een knop die wanneer je deze klikt de secties zichtbaar worden, en wanneer je deze nogmaals klikt, deze secties terug verdwijnen.

 

De paginakopteksten en paginavoetteksten verschijnen op elke pagina van je rapport.
Een voorbeeld voor het gebruik van paginakopteksten, zijn de labels van de verschillende velden die je hierin plaatst.
Een voorbeeld voor het gebruik van paginavoetteksten, zijn bijvoorbeeld de paginanummering.
Om op een vlugge manier de labels van alle velden automatisch te plaatsen in de paginakoptekst, selecteer je alle velden die je in het rapport hebt toegevoegd.
En klikt vervolgens de knop “Tabelvorm” in het lint onder het contextuele tabblad “Schikken”.

les55_image004
Dit plaatst alle labels in de sectie “Paginakoptekst” (1).
Maak eventueel de tekst op van de labels door het tabblad “Start” (2) te kiezen in het lint, en de gewenste opties in het lint te wijzigen (3).

les55_image006

Formidabel U hebt Les 55 voltooid START VOLGENDE LES