Office 2010 - Excel

Les 35: Formules (2)

35/87 Lessen 

Autoberekening

Of we nu werken met een groot of klein werkblad, soms kan het wel eens nuttig zijn, te weten wat de som of het gemiddelde is van bepaalde rijen of kolommen uit ons werkblad.

Om niet telkens hiervoor een formule in te geven, kunnen we gebruik maken van Excel’s “Autoberekening”.

Bijvoorbeeld, om de som en het gemiddelde te zien van een bepaalt Bereik, selecteer je dat Bereik in het werkblad, en in de statusbalk wordt automatisch de som, het gemiddelde, en het aantal getoond.

Standaard wordt het “Gemiddelde”, de “Som”, en het “Aantal” getoond.

Door te rechtsklikken op de statusbalk verschijnt een pop-upmenu met daarin zes opdrachten, drie ervan zijn dus standaard geselecteerd.

Wens je andere toe te voegen, of sommigen te verwijderen, klik je de opdracht zodat deze wordt aan- of uitgevinkt.

 

 

Bereiknamen

.Mocht je niet weten wat een Bereik is, en hoe je dit selecteert, lees dan eerst even les 15.

OK, nu ons Bereik is geselecteerd, kunnen we dit een toepasselijke naam geven in het naamvak, en Enter klikken.

Of je kunt in het tabblad “Formules” (1) in het lint, klikken op de knop “Naam definiëren” (2).

Dit opent een dialoogvenster “Nieuwe naam, waarin we een toepasselijke naam (3 )ingeven voor ons Bereik.
Bereiknamen mogen geen spaties bevatten, en Bereiknamen moeten beginnen met een letter, daarna mag je cijfers typen, maar hij MOET beginnen met een letter.
n het tweede vak (4) kiezen we waar we ons bereik willen gebruiken, de hele werkmap, of enkel een werkblad.
In het vak “Opmerkingen:” kan je eventueel nog een opmerking invoegen over het Bereik.
En in het onderste vak is ons Bereik reeds ingevuld.
Klik OK.

Iets vlugger kan het wanneer we de bovenstaande titel in onze selectie opnemen.
Bijvoorbeeld, je selecteert B2 t/m B8, en klik de knop “Maken op basis van selectie”, dan zal Excel het Bereik, de naam van onze titel geven, in bovenstaand geval “jan” dus.

 

Wanneer je nu klikt op het naar beneden wijzend pijltje rechts naast het naamvak, zie je de zojuist ingegeven naam verschijnen.
Selecteer je deze, dan wordt het toegekende bereik voor deze naam geselecteerd in het werkblad.

 

Navigeren tussen de verschillende Bereiknamen

Om te navigeren tussen de verschillende Bereiknamen in onze werkmap, kunnen we gebruik maken van het naar beneden wijzend pijltje, rechts naast het naamvak. En het gewenste Bereik te klikken.

Of door te klikken op de knop “Zoeken en selecteren” in het tabblad “Start” van het lint, en te kiezen voor “Ga naar…”.
In het dialoogvenster dat verschijnt, selecteer je de Bereiknaam en klik je OK.

 

Namen beheren.

Om Bereiknamen te verwijderen, klik je de knop “Namen beheren” in het tabblad “Formules” van het lint.

Selecteer de Bereiknaam in het dialoogvenster “Namen beheren”, en klik de knop “Verwijderen”.
Kies Ja, om te bevestigen.

 

In het tabblad “Namen beheren” kunnen we ook onze Bereiken wijzigen.

Selecteer hiervoor de Bereiknaam, klik “Bewerken”, dit toont ons het dialoogvenster “Naam bewerken”, waar we de instellingen kunnen aanpassen.

Klik op de knop OK, wanneer je tevreden bent.

 

En als laatste optie in het dialoogvenster “Namen beheren” hebben we de Filter.

Deze opties lijken me allen duidelijk.

 

Formidabel U hebt Les 35 voltooid START VOLGENDE LES