Office 2010 - Excel

Les 85: Macro’s

85/87 Lessen 

Wat zijn Macro’s?

Macro’s zijn kleine programmaatjes die we gebruiken om steeds terugkerende taken automatisch te laten uitvoeren.
Een Macro legt alle handelingen vast die we uitvoeren op ons toetsenbord, en slaat deze op als een Visual Basic programma.
Wanneer we later een macro willen uitvoeren hebben we enkel op een knop te klikken om de hele reeks handelingen, die we eerder hadden opgenomen, uit te voeren.
Stel, op elk werkblad van onze werkmap moeten we onze firmanaam, adres, en telefoon in de linkerbovenhoek plaatsen.
Wanneer we al deze handelingen opnemen in een macro, hoeven we de volgende malen enkel de macro uit te voeren om deze automatisch te herhalen.

 

Macro opnemen

Om een macro op te nemen klik je de knop “Macro” in het tabblad “Beeld”, en kies je “Macro opnemen” uit het drop-downmenu.

Dit opent het “Macro opnemen” dialoogvenster.

In het bovenste vak geven we een naam in voor onze macro.

In het volgende vak geven we eventueel een sneltoets in voor het uitvoeren van onze macro.
Mocht je dit doen, vergewis je ervan dat je geen reeds bestaande sneltoets overschrijft.In het derde vak bepalen we waar we onze macro willen opslaan.
Ga je voor “Deze werkmap”, dan is de macro enkel beschikbaar in de werkmap waarin je momenteel aan het werk bent.

Ga je voor “Persoonlijke macro werkmap”, dan is de macro beschikbaar voor alle bestanden die we maken in Excel.

Eventueel kun je in het laatste vak nog een beschrijving toevoegen.

Klik de knop OK.

 

Vanaf nu wordt elke handeling die je uitvoert in het werkblad, opgenomen in de macro.

Wanneer je klaar bent, klik je de knop Opname stoppen, die je vindt in de statusbalk onderaan het venster.

Of klik terug de knop Macro” in het tabblad “Beeld”, en kies je “Opname stoppen ” uit het drop-downmenu.

 

Macro uitvoeren

Om een macro uit te voeren klik je de knop Macro” in het tabblad “Beeld”, en kies je “Macro’s weergeven”.

In het dialoogvenster dat verschijnt selecteer je de macro die je zojuist hebt aangemaakt, en klik je de knop “Uitvoeren”.

 

 

 

 

 

 

Macro bewerken

Om een macro te wijzigen klik je de knop Macro” in het tabblad “Beeld”, en kies je “Macro’s weergeven”.

In het dialoogvenster dat verschijnt selecteer je de macro die je wenst te wijzigen, en klik je de knop “Bewerken”.

Dit opent de Microsoft Visual Basic applicatie.

De macronaam wordt bovenaan de macrocode weergegeven.

In de code zelf kan je wijzigingen aanbrengen indien je iets weet over Visual Basic.

Is dit niet het geval, blijf je hier beter af, en sluit je het venster door te klikken op de X, bovenaan rechts.

 

Macro verwijderen

Om een macro te verwijderen klik je de knop Macro” in het tabblad “Beeld”, en kies je “Macro’s weergeven”.

In het dialoogvenster dat verschijnt selecteer je de macro die je wenst te verwijderen, en klik je de knop “Verwijderen”.

 

Formidabel U hebt Les 85 voltooid START VOLGENDE LES